1. Eredivisie

Welke eredivisiespits scoort het gemakkelijkst?

Ieder jochie dat met een jaar of vijf op voetbal gaat, droomt van maar één ding: ‘doelpunten maken’. Sommigen krijgen een euro van opa voor ieder gemaakt doelpunt, anderen krijgen een liefkozende aai over de bol van de trainer en een compliment van trotse vaders en moeders. In de Eredivisie krijgen tal van spitsen duizenden euro’s voor het maken van doelpunten. Maar welke spits betaalt zichzelf nou het snelst terug? Wij onderzoeken welke spits het gemakkelijkst tot een goal komt.
‘Niet geschoten is altijd mis’ is een spreekwoord dat bevestigt dat je nooit scoort wanneer je niet schiet. Johan Cruijff beweerde met zijn eigen logica ooit hetzelfde: ‘Je moet schieten anders kun je niet scoren’. In dit onderzoek beginnen we dan ook met het kijken naar welke spitsen het vaakst op doel hebben geschoten tot nog toe.

Tabel 1: Aantal schoten per wedstrijd en per negentig minuten, per spits.
Tabel 1: aantal schoten per wedstrijd en per negentig minuten per spits.

Wanneer we kijken naar het totaal aantal schoten zien we dat Ogbeche van Cambuur, Uth van Heerenveen, Kramer van ADO en Te Vrede van Feyenoord het vaakst tot een schot komen; het zijn de enige spitsen die vaker dan dertig keer schoten. Het viertal kenmerkt zich door te fungeren als afmaker in tegenstelling tot andere spitsen die veel verder terug voetballen. Dat is een belangrijke reden voor het feit dat zij het vaakst schieten. Spitsen die bij de middenlijn al als aanspeelpunt fungeren zoals Kolder, Necid en Hoesen komen vanzelfsprekend minder vaak aan schieten toe.
Omdat niet iedere spits alle dertien wedstrijden heeft gespeeld, is het reëler om naar het aantal schoten per wedstrijd te kijken. Ruud Boymans is de spits met de meeste schoten per wedstrijd in de Eredivisie. Hij zet gemiddeld per duel vaker dan drie keer zijn voet achter de bal voor een schot. Ogbeche is met gemiddeld drie schoten per duel een goede nummer twee. De andere spitsen in de Eredivisie komen gemiddeld gezien niet tot drie schoten per duel. Wout Weghorst is de spits die het minst vaak aan schieten toekomt. Met gemiddeld 1,09 schoten per wedstrijd, moet de spits met scherp schieten wil hij tot scoren komen. Dat heeft te maken met het feit dat Heracles begin dit seizoen totaal niet lekker draaide. Een spitstype als Wout Weghorst is in grote mate afhankelijk van (de vorm van) ploeggenoten die hem moeten bedienen.

Te Vrede de beste spits van Feyenoord?

Omdat niet alle aanvalsleiders ieder duel een complete wedstrijd spelen, gaan we ook kijken naar het aantal schoten per negentig minuten. Feyenoorder Mitchell te Vrede steekt er in de laatste kolom van tabel 1 met kop en schouders boven uit. Hoewel hij al meespeelde in twaalf wedstrijden, kwam hij tot slechts 482 speelminuten voor de Rotterdammers.
Te Vrede heeft blijkbaar weinig tijd nodig om uit te halen want hij zorgde per negentig minuten voor meer dan zes schoten gemiddeld. Een simpele verklaring voor het geringe aantal speelminuten is dat trainer Fred Rutten de spitsen Kazim-Richards en Manu ook veelvuldig het veld in stuurt. Kazim-Richards (650 minuten, 23 schoten) en Manu (626 minuten, 17 schoten) mochten beiden meer minuten spelen, maar vuurden beiden veel minder schoten af. Op basis van het aantal schoten en het benodigde tijdsbestek zou Te Vrede spits nummer één moeten zijn in de Kuip.
Leuk en aardig dat spitsen vaak schieten, het gaat er uiteindelijk om wie de meeste doelpunten maakt. Om terug te komen op het spreekwoord ‘niet geschoten is altijd mis’, maken we nog een tussenstap. Ook wanneer je wel schiet is er namelijk een kans dat je mist. Een schot naast of over het doel levert vanzelfsprekend niets op. Daarom kijken we eerst naar het percentage schoten dat op doel gaat per spits.

Grafiek 2: het aantal schoten op doel en het aantal schoten naast/over per eredivisiespits
Grafiek 2: het aantal schoten op doel en het aantal schoten naast/over per eredivisiespits

We zien bij Bartholomew Ogbeche en Michiel Kramer grote rode pieken. Dat betekent dat Ogbeche en Kramer het vaakst naast of over hebben geschoten. Maar liefst 22 van de 39 schoten leverden geen werk op voor de keeper van de tegenstander nadat Ogbeche uithaalde. Kramer zag maar liefst twintig schoten buiten de palen belanden, veertien keer wist hij de bal wel de goede richting mee te geven. Het gegeven dat Ogbeche en Kramer zo vaak uithalen is nu lang niet meer zo relevant. Later in dit onderzoek komt een verklaring voor de missers.
Feyenoord-spits Mitchell te Vrede zorgde het vaakst voor keepersproblemen bij de tegenstander. Achttien van de 33 schoten wist Te Vrede op doel te krijgen. Hij schoot echter ook vijftien keer zonder succes. Om de doeltreffendheid van een spits echt te kunnen beoordelen kijken we naar het percentage schoten dat werkelijk op doel gaat.
Grafiek 2: percentage schoten op doel per spits
Grafiek 2: percentage schoten op doel per spits

De topscorer van de Eredivisie

Kramer, Ogbeche en Te Vrede mogen dan vaak schieten, in grafiek 2 wordt duidelijk dat ze ook heel veel missen. Met het percentage schoten op doel in verhouding tot het totaal aantal schoten moet het drietal het onderspit delven voor twee namen die in dit onderzoek nog niet eerder een rol van betekenis speelden. Tomas Necid (73,7% op doel) van PEC Zwolle en Abiola Dauda (68,8% op doel) van Vitesse zijn spelers die je als tegenstander niet moet laten schieten. De Tsjech en de Nigeriaan weten hun schoten vaak de juiste richting mee te geven.
Opvallend is dat de topscorer van de Eredivisie (Kramer) enorm veel schiet tijdens wedstrijden, maar daarvan slechts 41,2% op doel weet te krijgen. Hetzelfde geldt voor Ogbeche (43,6%). Terwijl iedereen met verbazing reageert op het feit dat de spits van nota bene ADO Den Haag topscorer is, is dat eigenlijk helemaal niet zo verrassend wanneer gekeken wordt naar het aantal schoten. Hij had zelfs al veel meer doelpunten kunnen maken als hij doeltreffender was geweest. Wel moet er een kanttekening bij de inzetten van Kramer worden geplaatst. Hij schiet namelijk vaak van grote afstand en uit onmogelijke hoeken. Zo probeerde hij het zeven keer vanaf heel ver en vijf keer vanaf de rechtse zijkant van het veld, terwijl hij dicht op de achterlijn stond.
Voor Ogbeche geldt dat hij vanuit alle posities in het veld schiet. Vanaf de linker- of rechterhoek van het veld, op de zestienmeter of van verder weg, de spits lijkt op iedere veldpositie het vertrouwen in een goed schot te hebben. Necid en Dauda schieten juist bijna altijd binnen het zestienmetergebied.
De minst doeltreffende speler van de Eredivisie is tot nog toe de aanwinst van AZ, Robert Mühren. Waar hij bij FC Volendam keer op keer het net wist te vinden, schiet de spits in Alkmaar slechts 38,5% van zijn schoten op doel. Dat zal een belangrijke reden zijn dat Mühren nog maar één doelpunt heeft gemaakt voor AZ in zeven wedstrijden. Opvallend is dat de schoten van Mühren ook nog eens allemaal in of rondom het zestienmetergebied zijn genomen. Een echte verklaring voor het missen van Mühren is er dan ook niet. Behalve het feit dat het zijn eerste jaar op Eredivisieniveau is. Het kan zijn dat hij de ballen te slap in schiet of dat hij te gehaast moet uithalen omdat het spel sneller gaat dan hij is gewend.
Spitsen die vaak schieten hebben meer kans op een doelpunt, dan spitsen die minder vaak uithalen. Zoals uitgelegd is Kramer daar het uitstekende voorbeeld van. Om het onderzoek reëel te houden gaan we nu kijken naar het aantal schoten dat een speler nodig heeft om te scoren.

Tabel 2: het aantal schoten per gescoord doelpunt per eredivisiespits
Tabel 2: het aantal schoten per gescoord doelpunt per eredivisiespits

De spits die het minste aantal schoten nodig heeft voor een doelpunt is degene die ook het op één na meest doeltreffend is. Zie je Abiola Dauda drie keer op doel schieten en heeft hij nog niet gescoord? Dan is het aannemelijk dat hij met zijn schot daarna wel doel treft. Abiola Dauda schiet gemiddeld namelijk na 3,20 keer te hebben uitgehaald raak. Dauda voelt de hete adem van Ruud Boymans echter in zijn nek. De spits van FC Utrecht heeft gemiddeld 3,29 schoten nodig om te kunnen juichen. Wout Weghorst van Heracles Almelo (3,33 schoten) doet het niet veel slechter. Dat is opmerkelijk, aangezien eerder bleek dat hij gemiddeld slechts 1,09 keer per wedstrijd toekomt aan een schot.
Lieder en Hoesen weten waar ze in Dordrecht en Groningen op moeten trainen. De spitsen schoten respectievelijk al veertien en vijftien keer, maar wisten slechts één keer te scoren. AZ‘er Mühren doet het met dertien schoten en één doelpunt niet veel beter.

Is de kritiek op Castaignos terecht?

Luc Castaignos is een opvallende verschijning in het rijtje spitsen. De ex-Feyenoorder wordt vaak bekritiseerd omdat hij voor zijn club FC Twente veel kansen om zeep helpt. In dit onderzoek blijkt dat Castaignos gemiddeld 3,50 schoten nodig heeft om een doelpunt te maken. Vergeleken met de spitsen van de traditionele top drie doet hij het uitstekend. De Jong (5,40 schoten) en Sigthórsson (5,50 schoten) hebben net als Te Vrede (6,60 schoten), die juist het vaakst op doel schoot van de Eredivisie, veel meer schietkansen nodig.
Een belangrijke constatering daarbij is wel dat de drie laatstgenoemde spitsen andere type buitenspelers om zich heen hebben staan. Corona en Mokhtar bedienen de spits van FC Twente veelvuldig met voorzetten vanaf de zijkant. Daardoor kan Castaignos vaak schieten binnen het zestienmetergebied. De Jong heeft met Memphis Depay een zelf scorende vleugelaanvaller naast zich staan. Ajacied Sigthórsson hoeft al helemaal niet op een toestroom van voorzetten te rekenen met scorende middenvelders en individualisten als El Ghazi en Kishna om zich heen. Beide spitsen moeten zelf schietkansen creëren en proberen het vaker dan Castaignos van verdere afstand. Te Vrede komt vaak meer vanaf de zijkant en dat zie je ook terug in zijn schoten. Hij schiet veelvuldig vanaf de rechterkant van het veld, waardoor het voor keepers wellicht makkelijker is om zijn pogingen te stoppen.
Hoe vaak spitsen ook op goal schieten, een garantie op een doelpunt biedt het niet. Een uitblinkende keeper die keer op keer redt, een verdediger die de bal van de lijn kopt of een medespeler die de bal net het laatste zetje geeft; er zijn genoeg redenen te verzinnen waarom een schot op goal geen doelpunt oplevert. We kunnen pas echt een antwoord op de onderzoeksvraag (Welke spits heeft het minste aantal schoten nodig voor een doelpunt?) geven als we weten welke spitsen er echt voor zorgen dat de bal geheel de doellijn is gepasseerd tussen de doelpalen. Daarom kijken we als laatste onderdeel naar hoeveel schoten op goal een spits nodig heeft om een doelpunt te maken.

Tabel 3: het aantal schoten op doel per goal per eredivisiespits
Tabel 3: het aantal schoten op doel per goal per eredivisiespits

Michiel Kramer mag dan met veel van zijn schoten geen doel treffen, wanneer de Haagse spits wel op goal schiet, dan zit de bal er ook bijna altijd in. Hij heeft gemiddeld maar 1,56 schoten op goal nodig voordat hij scoort voor ADO. Wout Weghorst laat keepers ook vaak kansloos en scoort al na 1,67 schoten op doel. Weghorst blijkt een koele kikker die er staat wanneer het nodig is en is met zijn doeltreffendheid enorm effectief. Alle andere spitsen in de Eredivisie schieten gemiddeld vaker dan twee keer op goal voordat de bal het netje laat trillen.
We weten na dit onderzoek dat spitsen in de Eredivisie gemiddeld niet vaker dan 3,60 keer op doel schieten per wedstrijd. Michiel Kramer mist met veel van zijn schoten het doel compleet, maar is toch de topscorer van de Eredivisie. Dat komt onder meer omdat hij vaak uithaalt. Feyenoord-spits Mitchell te Vrede creëert vaker schietkansen dan zijn concurrenten Manu en Kazim-Richards en heeft daar minder speelminuten voor nodig. Luc Castaignos heeft minder schietkansen nodig dan zijn collega’s van PSV, Ajax en Feyenoord en kan daarmee criticasters de mond snoeren.
We kunnen stellen dat Kramer en Weghorst de beste afmakers zijn wanneer ze met hun schot de weg richting het doel vinden. Dauda heeft van alle spitsen de minste schoten nodig om te scoren. Wanneer de spits van Vitesse met zijn schoten op doel het de keepers lastiger weet te maken, kan hij zomaar mee gaan dingen om de topscorerstitel. Luc Castaignos, Mark Uth en Ruud Boymans mogen echter niet worden vergeten en gaan ook een gooi doen naar de titel.
Noot: de statistieken zijn bijgewerkt t/m speelronde 13

Beoordeel deze post
Er zijn reacties op dit artikel
Laat reacties zien Hide comments
Comments to: Welke eredivisiespits scoort het gemakkelijkst?
  • 9 december 2014

    Waar staat Milik?

    Reageer
  • 11 december 2014

    Hallo Kees,
    Ik heb van iedere Eredivisieclub de spits met de meest gespeelde wedstrijden genomen. Aangezien Sigthórsson Ajax vertegenwoordigt in dit artikel (omdat hij de meeste wedstrijden heeft gespeeld) is Milik niet meegenomen.

    Reageer
  • 19 december 2014

    Zal dit onderzoekmook na 17 speelronden worden uitgevoerd? Dan heb je een completer beeld omdat je dan op de helft van de competitie zit. Misschien dan ook wel fijn om van iedere club beide spitsen mee te nemen in het onderzoek. Al met al vond ik het een leuk onderzoek wat het beeldmateriaal castaignos wel verbeterd voor mij persoonlijk. Ga zo door!

    Reageer

Reageer op dit artikel

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *